Dag 21, 27 september, Badlands NP


We hebben heerlijk geslapen als we om half 7 wakker worden. We hebben geen haast vandaag, want we blijven in het park, maar we willen wel enigszins op tijd weg, want we willen de Notch Trail lopen en dan verder het park in, over de onverharde weg langs Sage Creek en dan onderlangs over de 44 weer terug. 

Dus rijden we, na het ontbijt, om half 9 weg. Het is dan 14 graden. Maar eerst bekijken we nog het wild op de camping. Ik fotografeer een Gelebuikvogel, die vast een andere naam heeft, en een Thirteen Lined squirrel, die echt zo heet. De Gelebuikvogel blijkt een Western Meadowlark te zijn.






Een kwartier later zetten we de eerste stappen op de Notch Trail. Deze is heen en weer ongeveer 2,4 km en na een stuk door de canyon, wat vrijwel vlak is, moet je via een ladder tegen de berg op om verder te kunnen. Er zijn meer mensen, maar het is niet druk. De ladder is niet echt moeilijk, maar de treden zijn soms ongelijk en met mijn korte benen is het dan even een grote stap. Gelukkig is het de laatste tijd droog geweest en daarom loopt het een stuk makkelijker dan in Makoshika. Als het nat is, is dit echt niet te doen.
Soms is het weer vlak, maar vaak zitten er ook klimmetjes in. 










Halverwege wordt gewaarschuwd dat het een gevaarlijke afgrond is en dat je rechts moet houden. Op het smalle paadje lopen we braaf aan de rechterkant. Op de terugweg zien we dat we nog verder naar rechts hadden gemoeten, over wat rotsblokken klimmen en dan hadden we dit punt omzeild, maar dat zagen we te laat.


Het is heel mooi om tussen de fifty shades of gray te lopen. Hier en daar zitten er strak verticale groenige strepen op de rotsen. Daarlangs is water gelopen over ander gesteente dan de rest is. Heel bijzonder. 






Aan het eind komen we bij The Notch, een uitzicht over de White River Valley. Hier kun je de camping zien en de Cliff Shelf die we gisteren gelopen hebben, met de trappen. We maken een praatje met Amerikanen die ons meteen als Nederlanders ontmaskeren. Ze hebben een huis op Bonaire en veel Nederlandse vrienden en kennen Nijmegen.




We gaan niet meteen terug, maar nog even illegaal (?) een veel belopen pad rechts op en komen zo bij een uitzichtpunt ietsje verderop. Hier zien we de Cliff Shelf nog beter.

De terugweg gaat vlot, ondanks dat je goed moet opletten waar je loopt. Naar beneden met die losse steentjes is link. Weer bij de trap moeten we hem nu achterstevoren af en dat is lastiger dan omhoog. Het bovenste stuk gaat nog, maar na de knik zie je niet waar de volgende tree is, dat is ook precies waar de treden ver uit elkaar liggen, en de ladder wiebelt een beetje, maar het lukt. Om 5 voor 10 zijn we weer bij de auto en het is dan al 20 graden en rijden verder het park in.

Expeditie Robinson op de maan


Dan zien we een vertrouwde wild file van slordig geparkeerde auto's en mensen met fototoestellen. Hier zagen we gisteren de pronghorn en die zijn er weer. Eerst willen we doorrijden, maar dan zie ik dat er een coyote tussen loopt. Ankers uit en aan de kant. We genieten ruim 20 minuten van alles wat we zien. De coyote heeft niet echt belangstelling voor de pronghorn en die zijn ook vrij rustig op een enkeling af en toe na. Wonderbaarlijk genoeg zijn de prairiedogs ook vrij rustig. Weinig alarmgekef. Soms lijkt het alsof de coyote de pronghorn opdrijft, maar toch ook niet. Dan loopt hij van ons af en doet iets onduidelijks. Ik verbeeld me even daarna dat hij zijn bek aflikt, maar of hij een prairiedog gevangen heeft weten we niet.
Bij de pronghornafdeling is het ook heel interessant. Een mooie bok heeft zijn oog op een vrouwtje laten vallen en bespringt haar. Ze wijst hem niet af, maar is ook niet dolenthousiast. Morgen nog maar eens proberen knul.









Helemaal in ons nopjes rijden we verder totdat we weer mensen zien staan en wijzen naar de rotsen aan de overkant. Daar ligt een clubje van een stuk of 8,9 bighorn sheep tegen de berg aan. Ook hier schieten we wat foto's. Dit is iets minder gunstig, want verder weg en de stand van de zon is niet optimaal. 



Dit lijkt me toch niet lekker liggen




Als we ons omdraaien om naar de auto te gaan, zie ik een zwarte vlek op de bergrug. Door de zoomlens blijkt het een gier te zijn. Hij is niet heel fotogeniek en echt heel ver weg, maar toch leuk.




Precies in het midden zit een minuscuul zwart stipje

Iets voorbij de Pinnacles Overlook, de eerste overlook als je het park van die kant binnenkomt, slaan we linksaf de onverharde weg op, de Sage Creek Rim Road. Daar lopen in de verte ook een paar schapen en 2 pronghorn, maar daar besteden we niet teveel aandacht aan. De weg blijkt slechter te zijn dan verwacht of gehoopt. Flinke stukken zijn grover of vriendelijker wasbord. Eigenlijk vinden we er niet heel veel aan en twijfelen wat we zullen doen. Helemaal rond is wat veel van het goede, dus besluiten we na de Sage Creek Basin Overlook rechtsaf te gaan naar Wall voor nog een paar boodschappen, maar eerst staat er op de, verder lege, Hay Butte Overlook parking een eenzame bizonstier. Op afstand stoppen we even voor een foto en gaan verder. Bij Roberts Prairiedog Town lopen veel prairiedogs en ook vlakbij de weg. De een vlucht weg als we eraan komen en de ander zal het een zorg zijn.







Via de 502 en de 590 komen we dus in Wall en vinden snel een supermarkt. We hebben trek in wat lekkers en kopen een blikje tonijn, waar ik tonijnsalade van maak en een blik baked beans voor vanavond. We hebben nog voor 1x hamburgers die we niet echt, en ik echt niet, lekker vinden en gaan die als gehakt gebruiken. 

Via de Badlands Loop Road rijden we terug en bij de parkeerplaats van Conata Basin Overlook, en ernaast op de weg, staan weer Bighorn sheep. Toch zijn deze niet zo mooi als de 2 jongens die we bij Radium Hot Springs zagen, ook de ram die erbij is niet.


En een radiografisch bestuurbare




Op de camping staat voor de ingang van onze loop een auto met kleine caravan ontzettend in de weg. Maar hij krijgt het voordeel van de twijfel omdat hij een nummerbord uit Vermont heeft. De foto door de voorruit wordt niet mooi, maar het is er toch weer een. Later blijkt dat het onze buren zijn en kan ik een goede foto maken. 

Ik maak de tonijnsalade en we warmen het restje van de pulled pork van gisteravond op. We snoepen er wat van en bedenken dat de pulled pork eigenlijk heel geschikt is voor bij de bonen vanavond, dus gaat er weer aluminiumfolie over. Dan toch maar een boterham. 

Daarna gaan we lekker buiten zitten lezen en ik schrijf verder. Het is iets minder warm dan gisteren; een graad of 25.




Op een gegeven moment gaat Jan naar binnen, want op de laptop lezen gaat buiten toch minder fijn en na een half uurtje volg ik ook. 
Hij spit de auto en de koffers nog een keer om om de wisser/trekker voor de autoruiten te zoeken die we altijd bij ons hebben, maar nu blijkbaar niet. We hebben niet zo'n mooie zonsondergang als gisteren, d.w.z. hij gaat wel mooi rood onder, maar de bergen kleuren niet zo mooi. Ik heb echt op wacht gestaan, dus ik heb het niet gemist. 
We hebben laat geluncht, dus nog geen honger en Jan wil graag zijn boek uitlezen, dus gaan we pas om half 8 eten. Ons cowboydiner van bonen en pulled pork smaakt prima. 
Jan heeft een nieuw boek en we kijken nog een aflevering van CPD en dan is het opeens half 11.

Gereden: 119 km

Volgende dag